Zout, nog meer zout, koude, regenwoud en zwijnen - Reisverslag uit La Paz, Bolivia van vivabolivia - WaarBenJij.nu Zout, nog meer zout, koude, regenwoud en zwijnen - Reisverslag uit La Paz, Bolivia van vivabolivia - WaarBenJij.nu

Zout, nog meer zout, koude, regenwoud en zwijnen

Door: Isolde

Blijf op de hoogte en volg

02 September 2015 | Bolivia, La Paz

We waren even een dag of acht off-the-grid in het immense verlaten landschap van zuid-oost Bolivia.
In Tupiza op 2950m begonnen we aan onze trip door Sud Lipez, een wild-west achtig landschap dat overgaat in woestijn en uiteindelijk de Salar de Uyuni, ´s werelds grootste zoutvlakte. De salar is sowieso één van de grootste attracties in Bolivia, maar de meeste beginnen in Uyuni, een stoffig plaatsje ten zuiden van La Paz. Daar struikelen de touraanbieders over elkaar heen. In Tupiza zijn er ook zat, maar daar zijn meer mogelijkheden voor andere tours waarbij Sud Lipez wordt meegenomen. In Sud Lipez heb je meer afwisseling in landschap dan slechts de zoutvlakte.
Het is echter net zo onherbergzaam en dat merkte we meteen de eerste dag. ´s Ochtends rond 8 uur vertrokken we met zijn vijfen; Ben en Amandine, die gereageerd hadden op onze oproep op Tripadvisor om de tour te delen, Christian, hun eerdere Canadese reisgenoot, en wij twee. Onze gids laadde onze backpack met de slaapzakken van touroperator bovenop de jeep onder een stuk zeil. Daarnaast stonden op het dak het mobiele fornuis van de kokkin Liz die met ons mee was en twee enorme jerrycans met brandstof, want we zouden geen tankstation tegenkomen in de komende vijf dagen. Achterin achter de stoelen stonden nog verpakkingen met eten en water. De fransen mochten achterin zitten want het was wat krap en de organisator wierp één blik op de rest en zag dat het niet ging passen.
Eenmaal onderweg stopte we al snel in de droge rivierbedding naast Tupiza voor foto´s van de rode rotsen om de stad die niet zouden misstaan in een cartoon van Lucky Luck. Daarna reden we het onherbergzame gebied in van eindeloze bergen met geen hoogzendmasten of wat dan ook erop en hoe hoger we kwamen ook steeds minder begroeiing, behalve plantjes die eruit zien als een perfecte kapsel voor een punker. Het valt eigenlijk niet te beschrijven hoe dat eruit ziet met af en toe tussen glooiende bergen grillige stukken. Slechts af en toe zie je water. Die eerste dag zouden we al van 2900 naar 4300 stijgen en dat merk je. In je oren voel je druk, je wordt lichter in je hoofd en zodra je probeert bosjes te vinden om het zogenaamde inca toilet te gebruiken (daarvoor moet je best ver lopen met minimale begroeiing) merk je dat je moeizamer beweegt. Het is het leefgebied van de Lama´s, die in kuddes over de vlaktes zwerven en om drie uur weer bij elkaar gedreven worden. Ze zijn herkenbaar voor de eigenaar aan wollen versieringen in hun vacht en aan hun oren. Hot pink, rood en blauw kwamen we tegen.
Onderweg stopte we nog voor de lunch in een klein stoffig dorpje op een hoog stuk. Liz had al gepaneerd varkensvlees met rijst en wat tomaten voorbereidt. Nogal droog maar gelukkig zat er ook tomatenketchup en mayonaise bij.
Maar na de lunch reden we nog geen uur toen we net een stoffige heuvel opreden en de motor afsloeg. En niet meer aansloeg....Christian, een echte doemdenker, begon al over of we nog een strakke planning hadden na de tour want we zouden op de berghelling moeten overnachten. Er stond een stevig windje en warm was anders, dus daar kijk je dan niet naar uit. Onze gids en chauffeur dook onder de motorkap maar het haalde weinig uit, de motor sloeg niet aan. Na ongeveer 20 minuten verscheen daar gelukkig een tweede jeep van Torre tours en niet lang daarna nog een derde. Die chauffeurs waren iets beter in het repareren van de jeep. Weldra werden de eerste achterbank uit de jeep gehaald want daaronder zat bedrading die niet meer werkte. De derde jeep had nog een draadje liggen dus die werd gebracht. Ondertussen stond we nog halverwege een heuvel dus er werd een steen achter de band gelegd om te voorkomen dat we zomaar achteruit zouden rollen. Over de stoel van de chauffeur werd er contact gemaakt met de bedrading onder het stuur terwijl vanaf daar nog een draadje door de deuropening naar de accu (denk ik) onder motorkap werd gespannen. Weldra sloeg de motor aan. Een hoop opgelucht gejoel van de nu 12 wachtende toeristen, de inhoud van alle drie de jeeps. Al snel werd de verbinding wat verbeterd, konden de banken weer terug in de auto en na een spannend momentje, toen we allemaal weer in de auto zaten sloeg de auto aan. Christian, de pessimist begon er telkens over dat de Clemente, onze gids het stuur nu toch wat anders vastpakte en dat we zo weer konden stranden. Zodra de motordruk laag was als we door een rivier moesten bijvoorbeeld en hij langzaam reed, sloeg de motor ook steeds af. Een uur later merkte we ook dat de motor haperde tijdens het rijden. Clemente vertelde ons na een stop naast een prachtige berg voor foto´s dat we het niet gingen redden tot onze eerste slaapplaats en dat we in een stoffig dorp ervoor zouden moeten slapen. Hij zou dan richting een nieuwe jeep die vanuit Tupiza zou komen, rijden en de jeep wisselen.
Zo stopte we in San Antonia zo´n 80 km voor onze eigenlijk stop. Clemente klopte hier en daar wat op een deur maar kreeg niet meteen gehoor. Christian begon al weer nerveus te worden en we plaagde hem dat hij dan bij de schapen moest slapen. Uiteindelijk kwamen we bij een prima slaapplek terecht met vijf bedden in één kamer met drie dekens erop. We hadden een kleine eetzaal voor onszelf met een gat in de muur naar de keuken. Liz zette al snel de thee voor ons klaar met wat crackers.
Wat een terugkerend thema zou worden is dat, zodra het donker wordt de temperatuur stevig daalt. Die nacht was het waarschijnlijk zo rond de -12 graden. Ik had nog een trui gekocht in Tupiza en zo rond etenstijd pak je een extra trui en zo blijf je lagen toevoegen totdat het te doen is. ´s Nachts houdt je minstens nog twee lagen aan. Echter is het ook op hoogte dus ik ben vaak ´s nachts wakker geworden met een snel kloppend hart gewoonweg omdat je bij een normale ademhaling minder zuurstof binnenkrijgt. Dus krijg je het vanzelf weer warm. Gelukkig hadden we van die mummie-slaapzakken en eenmaal helemaal ingepakt wilde je er eigenlijk niet meer uit. Al rond 8 uur lig je in bed.
De volgende ochtend ging de wekker om zes uur en met klapperende tanden kleed je je aan en probeert zo snel mogelijk alle zaken in de badkamer af te handelen. Er is geen warm water dus de thee en koffie is een heerlijke warmtebron. Liz had wat broodjes met jam en boter en dolche y leche klaargelegd. Dolche y leche is gekarameliseerde gecondenseerde melk. Echt een heerlijke afwisseling vergeleken met die eeuwige jam die je bij brood krijgt. Na het ontbijten worden de backpacks weer op de jeep geladen. Eventueel vult Clemente de jeep bij door de jerrycan op het dak te plaatsen en middels een slang in de tank bij te tanken.
Onderweg bleek al dat het behoorlijk koud was geweest. Al het water was diepbevroren en af en toe moesten we glibberend een bevroren rivier oversteken. Die dag moesten we de slaapplaats bij Laguna Verde halen, dat aan de voet van de vulkaan Licancabur ligt, die Jerre en de andere drie de volgende dag zouden beklimmen. Onderweg stopte we vaak voor het ene mooie uitzicht naar het andere. Het mooiste was nog wel dat we op een gegeven op 4885 m over een meer en nog een gigantische berg uitkeken. Als de enige niet-fotograaf bleef ik echter wat meer in de auto want de wind was snijdend. De zon schijnt sterk maar er waait een wind die je verkilt recht door alle kleding heen. Het was dan ook een verademing dat we rond het einde van de dag stopte bij de warme bronnen. In een kleine warm bad kun je dan lekker ronddobberen. Het was is een heerlijke 35 graden en na een dag niet douchen is dat een feest. Je hoofd is echter wel koud door de koude wind die over het gebied raast en al snel lagen onze handdoeken ook nog eens in het water! Gelukkig waren het van die micro-fibre handdoeken dus ondanks dat ze nog vrij nat waren kon je jezelf er redelijk droog meemaken.
Die avond kregen we voor we naar de accomodatie kregen onze eerste blik op het helgroene laguna verde naast Lugana blanca. Het meer heeft die kleur doordat er een hoog gehalte aan koper in zit. Daarnaast zit er echter ook arsenicum in dus het is zo giftig als wat. Geen beest is er te bekennen.
De accomodatie die avond was qua inrichting mooier maar de w.c. spoelde niet door dus moest je met een jerrycan met een open bovenkant water scheppen uit een grote bak en dat in de w.c. gooien om door te spoelen. Op zich prima behalve dat het echt ijskoud is dus je vingers zijn binnen de kortste keren bevroren. Die avond gingen we vroeg naar bed want de volgende dag moest de Licancabur beklommen worden door de andere vier en die moesten om half twee opstaan om om twee uur te ontbijten en dan om half drie te vertrekken. Ik stond nog op rond die tijd om te helpen want het ontbijt moest bij elkaar gescharreld worden, maar daarna kon ik lekker in bed kruipen weer. Christian was al 12 uur aan het klagen of het hem wel ging lukken. Hij had geen goede schoenen, geen goede kleding, geen zaklamp...Dat laatste verzorgde ik want we hadden toch één extra. Hij had ook allemaal verhalen gehoord van verschillende gidsen dat het een zware klim was. Van 4400 naar 5900m is geen sinecure. Boven de 5000 meter wordt het ademen echt moeilijk. Eigenlijk wilde hij niet, maar hij ging toch.
De volgend ochtend stond ik om zeven uur op en ging aan het ontbijt, wastte met behulp van warm water en een emmer verzorgd door Liz wat onderbroeken en maakte er een project van om onze badkleding, nat geworden door de warmtebronnen op te hangen en te drogen. Het was die nacht -20 geweest dus ik had ´s ochtends alles aan wat ik bij me had en had moeite met mijn handen warm te houden met al die wasactiviteiten. Om tien uur vertrokken Clemente en ik om nog langs Lugana Verde te rijden en de klimmers op te halen. Aan de voet wachtte we, terwijl ik met een kleine 100 meter omhoog naar een uitzichpunt klimmen al grote moeite had. Qua ademhaling, maar ook omdat het voetpad bezaaid is met losse stenen die het klimmen en dalen bemoelijken. Later begreep ik dat de hele weg naar boven zo was. Ik had met mijn verzwikte enkel zo weer een verzwikking gehad dus ik was niet rouwig dat ik niet meer was gegaan.
Een uur later dan verwacht tussen half twee en twee uur kwamen ze aan. Ze hadden er dus 12 uur over gedaan! Geheel uitgeblusd kwamen ze aangelopen. Jerre vertelde dat hij het tot 5500 meter had gered voordat zijn hart te snel ging kloppen en niet meer tot rust kwam. Hij was al zo langzaam gaan lopen en voelde zich op die hoogte als een tachtigjarige oma. Christian offerde zich graag op om mee terug naar beneden te gaan. Ben en Amandine hebben wel de top gered al was het laatste stuk heel zwaar. Bedekt met sneeuw waren er enorme rotsen om te beklimmen dus er werd minder gelopen en meer geklommen. Na vijftien minuten op de top moesten ze door de sneeuw in grote stappen al glijdend door de sneeuw afdalen. Amandine zei dat het doodeng was.
Eenmaal in de auto waren ze behoorlijk stil en enorm moe. De lunch terug bij de accomodatie werd weinig eer aangedaan want ze hadden twee twee-liter flessen met coca-thee meegekregen en dat maakt je zowel scherper als dat je geen honger meer hebt. Daarna moesten de spullen gepakt worden en verder getrokken worden naar de volgende accomodatie. Eigenlijk stond de laguna colorado op het programma. Maar in hun afgematte staat konden ze het geen eer aandoen dus gingen we nogmaals langs de warme bronnen waar de vier nog even 20 minuten konden bijkomen van hun onderneming. Na een korte blik op de geisers onderweg kwamen we aan op een koude plek aan de rand van de woestijn, een soort pre-salar gebied.
Eenmaal daar bleek dat we vanaf nu de accomodatie deelde met de grote toeristische drukte, bijvoorbeeld groepen die slechts de drie-daagse tour doen vanuit Uyuni. Wat minder want deze accomodatie had slechts twee w.c.´s en we deelde onze kamer met een Amerikaan die twee uur eerder opstond dan wij. Na het eten, met wat extra Pringles die we al in Tupiza hadden aangeschaft, vielen de vier bergbeklimmers in bed en werden niet meer wakker.
De volgende ochtend stonden we als eerste groep op en vertrokken naar Laguna colorado...helemaal vol met duizenden flamingo´s die lekker met elkaar aan het converseren waren, dan weer hier en dan weer daarna heen vlogen. In rijtjes lopen ze door het water in allemaal kleuren, hun bek bijna altijd in water, op zoek naar kleine weekdiertjes. Logischerwijs hebben we daar minstens een uur foto´s staan maken. Zo bij het vroege ochtendlicht is het overweldigend mooi.
Die middag trokken we verder richting het zouthotel op de Salar de Uyuni, langs meerder meren, de één wat mooier dan de ander en met een toenemend zoutlaagje op de oevers en...flamingo´s. Naast een meer vol flamingo´s op niet meer dan 5 meter van de oever aten we een heerlijk lunch met kip. Hoe verder we reiste hoe beter het eten werd. De viertigtal eieren, waar Christian al dagen om zeurde, waren de avond daarvoor al geserveerd in een heerlijke ovenschotel met friet, worst, eieren en groente.
Die avond konden we in een hotel geheel gemaakt van blokken zouten met zoutkorrels op de vloer, eindelijk weer een warme douche neem. Alleen... er was er maar één en er zaten nog minstens vier groepen achter ons. Dus zodra we onze backpacks van de jeep op de kamer waren spurtte we naar de douche die al bezet was. Zodra het kon gingen Jerre en ik samen onder de douche, gevolgd door Ben en Amandine, en daarna Christian die geduldig zat te wachten op een bankje net buiten de douche dat steeds drukker werd. Met al die koude is een warme douche een verademing.
Die avond hadden we een kleine viering van de bergbeklimming met een fles witte wijn en bier gemaakt van quinoa, want daar heel veel groeit. Van Liz kregen we nog een fles rode wijn maar na de lasagne die we als avondeten kregen kreeg ik al snel slaap, dus ik vetrok naar mijn bed al snel gevolgd door de rest. Na al die dagen in de droogte van de woestijn viel de wijn niet al te best dus ik moest midden in de nacht naar de w.c. en water bijtanken, maar Christian had het helemaal zwaar. Hij had geen oog dicht gedaan en overgegeven. Hij gaf de schuld aan de lasagne, maar Clemente was er van overtuigd dat het roken van cigaretten op de hoogte ook niet helpt. Christian kreeg het voor elkaar om te roken terwijl hij de Licancabur beklom. De rest had trouwens nergens last van wat betreft overgeven.
De volgende dag konden we eindelijke de Salar bestormen. Al één van de eerste raaste we in de jeep over een uitgestrekte witte vlakte, nog voor zonsopgang. Op een mooie plek minder op de Salar konden we de zon zien opgekomen. Om dat te beschrijven...jullie zullen moeten wachten op de foto´s. Overal om je heen is er een uitgestrekte witte laag van zout, waarschijnlijk zo´n 150 meter diep. De oppervlakte is opgedeeld in vierkanten, hexagonale, pentagonale vormen met als rand zoutkristallen. Alsof je op een witte giraffehuid staat. En zodra de zon opkomt is een zonnebril een must omdat je anders zo sneeuwblind bent. Natuurlijk zie je ook veel fata morgana´s en bergen die meer op zwevende eilanden lijken.
Na de ochtendstop reden we verder naar een rotseiland begroeit met honderden cactussen en bevolkt door vogels. Zo´n 50 meter hoog kun je omhoog klimmen en 360 graden om je heen kijken naar een vlakte waar nauwelijks een einde aan lijkt te komen. Na een kort ontbijt daar met cornflakes en een plakje cake (gelukkig niet weer dat droge brood!) reden we verder de salar op om een paar uur rare foto´s te maken. Je hebt geen referentiepunt op die witte vlakte dus je kunt net doen alsof iemand anders op je hand staat (die staat dan in wezen zo´n 20 meter verderop) of dat je de jeep kan liften. Het werd wel behoorlijk warm en het felle licht is vermoeiend.
Daarna stopte we bij een ander zouthotel gewijd aan de Dakar die hier vorige jaar heeft plaatsgevonden en aankomend jaar weer op de Salar zal plaatsvinden. Een enorm stenen dakarbeeld staat voor het zouthotel. Na die korte pitstop kwamen we aan bij een dorpje aan de oostelijke rand van de Salar waar we konden lunchen en shoppen voor souvenirs op een marktje.
En weldra waren we op weg naar Uyuni het eindpunt van onze vijfdaagse reis. Nadat we afscheid hadden genomen van Clemente en Liz wachten we tot de Ben, Amandine en Christian hun reis naar Chili, San Pedro geregeld hadden en hun intrek namen in een hotel voor een korte nacht, want hun bus vertrok de volgende dag om vier uur ´s ochtends. Ons vliegtuig zou die namiddag rond kwart voor zeven vertrekken naar La Paz waar we na een nachtje het vliegtuig zouden pakken naar Rurrenabaque in de amazone. In de tijd voor die vlucht wisselde we foto´s en contactgegevens uit en regelde nog wat geld. Uyuni is echt niet de moeite waard om te blijven. Rond kwart over zes namen we de taxi richting het vliegveld.
Even leek het vliegveld verlaten maar eenmaal binnen was het toch drukker dan gedacht. Na een korte vlucht van 40 minuten waren we in La Paz. Na wat kleine snacks te hebben gekocht voor die avond namen we een taxi naar het hostel, verborgen achter een bouwvallig winkeltje in een slechte buurt van La Paz. De receptie was een rotzooi maar dat werd al snel goedgemaakt door een ruime comfortabele kamer en een ontzettende vriendelijke gastheer die ons om kwart over zes ´s ochtends een vol ontbijt zou brengen, complementaire water en chocoladekoekjes bracht, en ons zelf weer op vliegveld afzette.
Eenmaal op ons vliegveld bleek er wat mis te zijn met de vliegtuigen. Er was vertraging en er waren er twee. We moesten maar bij de gate aangeven dat we met de eerste wilde. Eenmaal bij de gate moesten we gewoon wachten met alle anderen en het bleef maar onduidelijk of er uberhaupt was zou gaan. Het vliegtuig moest om kwart over 8 vertrekken. Maar er gebeurde niks. Om 9 uur zouden we meer horen en misschien zou het wel gecanceld worden. Mmm....We hadden een drie-daagse tour en daarna tijd in La paz gepland dus een dag uitstel kwam niet zo goed uit. Een stel Australiërs naast ons vertelde al dat ze al sinds gisteravond zaten te wachten. Uiteindelijk viel het mee en begon om 9 uur het boarden. Een kort telefoontje naar onze tour operator gaf aan dat er geen probleem was als we later kwamen.
Hoe anders bleek het te zijn toen we aankwamen. Wij konden gewoon met een latere boot de rivier op de jungle in, maar blijkbaar waren er de afgelopen tien dage geen vluchten geweest. Eenmaal bij de ecolodge gekomen kwamen we twee duitsers tegen die al een week lang meerdere keren hadden geprobeerd en zelfs naar het vliegveld waren gegaan maar het lukte niet. Toen zijn ze maar naar Potosí gegaan en later een tour over de Salar genomen. Een dag voor onze aankomst hadden ze met onze touroperator Mashaquipe geregeld dat ze met een jeep vanuit La paz konden komen...14 uur (!). Beter dan de bus want die doet er soms 30 uur over. Het vliegtuig maar 40 minuten trouwens.
Eenmaal aangekomen bij de lodge bleek ik moeier dan gedacht en ik besloot de wandeling door de jungle die middag te skippen. Het temperatuurverschil was wel schokkend. Van een magere 15 graden in La Paz, na 36 graden en vochtig in de jungle. Jerre ging samen met de Duitsers voor een drie uur durende wandeling om beesten te spotten. De gids loopt dan langzaam, zegt weinig en luistert goed. Maar ze hadden geen dieren kunnen spotten, zoals apen of jaguars.
De volgende dag begon er een test voor mij en mijn enkel: een vier uur durende trek naar een kampeerplek in de Jungle waar we een nacht door zouden brengen. De gids drong aan dat we vier en een half liter water moesten meenemen en we moesten onze slaapzak dragen. Bepakt trokken we de jungle in...en de eerste twee uur werd ik achtervolgt door gemeen uitziende dikke vliegende insecten, aangetrokken door de paarsrode kleur van mijn slaapzak. Ik kreeg een tak van de gids om ze weg te wuiven. Hij werd zelf ook achtervolgt want hij had helblauwe laarzen aan. Onderweg luisterde hij ook steeds goed en stopte af en toe maar we zagen nog weinig. Na twee uur stopte we kort om wat te drinken. Vlak na die pauze hoorde de gids wilde varkens die onze kant op kwamen. En ze kwamen steeds dichterbij! Al snel zagen we de eerste varkens op nog geen vijf meter voor ons op het pad rondsnuffelen, op zoek naar fruit. Opeens zag één van hen ons en als een ware Pumba uit de Lion King schrok hij op en nam een aggresieve pose aan richting ons. Hij maakte geluiden om de rest te waarschuwen en al snel cirkelde er wel zo´n 200 wilde varkens op om ons heen! Boos omdat we ze verstoorde. De gids zei dat er niks aan de hand was, dat ze ons probeerde intimideren en daarna zouden verder trekken. Na een tijdje rende ze inderdaad in paniek met zijn allen weg en de gids maakte nog wat geluiden waardoor ze nog harder wegrenden. Echt geweldig grappig om mee te maken!
Eenmaal bij het kamp aangekomen verdwenen de Duitsers naar de rivier om te baden terwijl ik vermoeid neerzeeg op een bankje. De gids hing hangmatten op en daar heb ik lekker in rondgehangen terwijl de kok, inmiddels ook aangekomen vlak achter ons, de lunch bereidde op een rooster boven een open vuur. Na een tijdje nam ik een kijkje bij de rivier beneden en de Duitsers waren druk bezig met een badkuip maken met stenen in de rivier. Het pastte bij ze: Zena studeerde water management, Mark werktuigbouwkunde. Na de lunch was het tijd voor een Siesta want midden op de dag is het te warm. De matrassen zaten onder de harige rupsen (ik kreeg er nog een op mijn elleboog, auw!). Na die afgeklopt te hebben werden ze op een houten verhoging gelegd en de klamboo die we ook meehadden werd erboven gespannen en onder het matras ingestopt. Daaronder lag je heerlijk vrij van de vele insecten; vliegen, muggen, cicades, rupsen maar ook heel veel mooie rupsen. Na een heerlijk dutje ging Jerre met Zena en Mark op weg met de gids op zoek naar apen en andere beesten. Ik bleef achter maar kreeg al snel gezelschap van Katrien een andere Duitser, die helaas net onze vlucht naar Rurrenabaque had gemist en door een miscommunicatie ook de boot naar de ecolodge. Na een nacht in een luxe hotel in Rurrenabaque was ze ons achterna gereisd. Ze was gepikeerd dat ze alles had gemist maar aangenaam gezelschap. We kletsten wat en toen ze even naar beneden ging naar de rivier lag ik in mijn hangmat...en zag vijf brulapen voorbijkomen in de bomen. Of dat begreep ik in ieder geval van de kok die ik erop wees zodra ik ze zag. Katrien kwam net omhoog van de rivier en het volgende kwartier werd besteedt aan de apen voorbij zien trekken door de bomen langs ons kamp. Prachtig gezicht, zoals ze hun staart gebruiken en van boom tot boom springen.
Na een verfrissende duik in de rivier (net alsof je in de Bush in Arnhem even in het water zit) was het wachten op het avondeten en tot de wandelaars terugwaren. Bij hun terugkomst bleken ze slechts twee apen heel ver weg te hebben gezien. De Duitsers verdwenen weer naar hun bad, maar de gids lag pas net in de hangmat toen hij de apen weer terug zag komen. De conclusie kan alleen maar zijn dat de hangmat de beste plek is om dieren te spotten. Zena en Mark mistte ze helaas.
Na een heerlijke pasta als avondeten kropen we in bed...en ik heb de hele vakantie nog niet zo lekker geslapen. Van de insecten merk je niks. Helaas bleken we ´s ochtends wel een armadillo te hebben gemist die langs kwam lopen, zo vertelde de gids. Na een snel ontbijt met lekker oliebolachtige baksels (echt een goede kok) gingen we op weg naar de rivier waar we met een raft zouden afdalen terug naar de ecolodge. We spotte niks meer op de terugweg totdat we na anderhalf uur lopen even onze rugzakken lieten staan en tien minuten een afwijkende pad namen. Daar bleken twee uitzichtpunten te zijn over een vallei met bomen vol met papegaaien, grote rood-blauwe die telkens in paartje langsvlogen best vlakbij en kleinere groene die in groepjes vlogen. Na een tijdje ging we naar het tweede uitzichtspunt en hadden we het geluk dat een aantal dichtbij op een boom zaten.
Daarna liepen we weer verder beginnend met een steile afdaling, waarbij de gids van tevoren een stok voor me had gesneden van een boom. Het was wel even lastig met mijn voet maar ook zo gedaan. Na ongeveer 20 minuten door een steeds dunner worden bos en meer zand dan bosgrond kwamen we uit bij het strand van de rivier. Daar bouwde de rest een raft van zeven lichte boomstammen, wat touw en bamboe om daarmee de rivier af te gaan. De gids had wat moeite de anderen te vertrouwen dat ze een goede raft konden bouwen maar liet ze toch begaan. Ik nam weer de boot (ik mis ook alles) maar kon daardoor wel mooie actiefoto´s nemen.
Terug bij de lodge namen Jerre en ik een snelle douche (je zweet je het apenzuur in de jungle) en schoven bij de andere aan voor een grote lunch. Na de lunch wisselde we e-mailadressen uit om foto´s uit te wisselen en namen afscheid. Na een half uurtje kon de boot ons terugbrengen naar Rurrenabaque om het vliegtuig te halen. Bij het kantoor van Mashaquipe regelde we een lift naar het vliegtuig die wel weer 30 minuten vertraging had. Maar hij ging tenminste! Eenmaal in La Paz waren we zo bij ons Hostal Ananay. Na onze spullen in de kamer gedropt te hebben gingen we snel eten, anders was ik bang zo in slaap te vallen. In een alternatief vegatarisch café twee deuren verder gingen we aan de wijn, pizza en nacho´s. Nu we terug zijn in de beschaving is relaxen ons primaire doel. Nu nog drie dagen La Paz en dan vliegen we zaterdagochtend vroeg terug.

  • 03 September 2015 - 10:36

    Judith:

    Wat prachtig allemaal. Ben heel benieuwd naar jullie foto's. Grappig dat de hangmat het beste plekje was om apen te spotten. Relax nog maar een paar dagen. Jammer dat jullie al weer bijna naar huis moeten hé! Geniet dus nog maar !

    Liefs, Judith:)

  • 04 September 2015 - 12:03

    Mieke:

    Een geweldig avontuur en wat een uitputtingsslag daar op die hoogtes en in de kou.
    Ook ik ben razend benieuw naar jullie foto's, vooral van de zoutvlaktes. Nu heerlijk in La Paz shoppen en nog wat cultuur snuiven en vooral uitrusten, ontspannen en weer in de naar-huisstand komen. Het is allemaal snel gegaan.
    Voor morgenochtend een heel goede reis terug,

    Liefs en groet Mieke en Wim

  • 07 September 2015 - 00:10

    Sieger:

    Haha, brulapen brengen jou geluk Isolde, dat is duidelijk! Mooi verhaal weer, en inmiddels zullen jullie wel al aangekomen zijn in Nederland, of anders bijna. Welkom terug en ik ben ook erg benieuwd naar de foto's.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Actief sinds 16 Aug. 2015
Verslag gelezen: 692
Totaal aantal bezoekers 2003

Voorgaande reizen:

16 Augustus 2015 - 31 December 2015

Drie weken Bolivia

Landen bezocht: